‘Prins Bernhard beschermde nazibroer via de paus’

Prins Bernhard heeft tegen het eind van de Tweede Wereldoorlog het Vaticaan gevraagd zijn moeder en broer, die in Duitsland woonden, in veiligheid te brengen. Hij vroeg zijn familieleden, overtuigd nationaal-socialisten, onderdak te geven op de pauselijke ambassade in Berlijn.

Prins Bernhard, al ruim zestien jaar geleden overleden, blijft voor opschudding zorgen. Uit openbaar geworden stukken uit het Nationaal Archief blijkt dat de prins in de Tweede Wereldoorlog vanuit Londen druk bezig was om zijn moeder en broer, prinses Armgard en prins Aschwin von Lippe-Biesterfeld, zijn broer Aschwin von Lippe die officier bij de Wehrmacht van Adolf Hitler, te redden.

Bernhard gebruikte daarvoor, zo ontdekte Weekend in de vrijgegeven stukken, het hele ambtelijke apparaat dat nog in werking was. De ministers die vanuit Londen opereerden en de diplomatieke dienst door heel Europa moesten tal van brieven, berichten en telegrammen van de prins en zijn familie naar elkaar doorsturen.

Ook probeerde Bernhard via ambassadeurs in onder meer Spanje, Zweden, Zwitserland en Portugal geprobeerd om berichten bij de paus te krijgen, zodat zijn familie kon onderduiken bij de nuntius van de paus in Berlijn, de pauselijke ambassadeur in Duitsland. Bernhard bracht daarvoor ook een persoonlijk bezoek aan de paus in het Vaticaan.

Hoewel Armgard en Aschwin worden afgeschilderd als overtuigd nationaal-socialisten, vertelde de prinses in 1996 in het Parool dat ze het Derde Rijk altijd heeft afgewezen. ,,De oorlog tegen Polen voelden wij als een groot onrecht. Onder een brief aan officiële instanties moest je natuurlijk Heil Hitler zetten. Maar onderling schreven wij in onze brieven altijd over ‘der Sieg’, nooit ‘Unser Sieg’.’’