Ontvoerder Jan Boellaard: PETER R. DE VRIES maakte Heineken kidnap mooier

0

(Beeld: CP)

In de week dat het monument voor Peter R. de Vries op het Amsterdamse Leidseplein werd  onthuld beweert Heineken-ontvoerder Jan Boellaart dat de op 6 juli 2021 vermoordde misdaadverslaggever in zijn misdaadklassieker De ontvoering van Alfred Heineken, het allesonthullende verhaal van hoofddader Cor van Hout een loopje met de waarheid heeft genomen. Het best verkochte misdaadboek van Nederland geeft volgens Boellaart niet alleen een onvolledig maar ook een te rooskleurig beeld van de harde feiten. Volgens Boellaart zwegen De Vries en Cor van Hout over de wreedheid, het patsergedrag, de hoererij en de geldzucht van de vijf ontvoerders van de biermagnaat en zijn chauffeur.


Als biermagnaat Freddy Heineken op 9 november 1983 wordt ontvoerd, volgt de jonge journalist Peter de Vries, de zaak op de voet voor zijn werkgever De Telegraaf. Hij reist naar Frankrijk en Sint-Maarten, waar de ontvoerders Cor van Hout en Willem Holleeder terechtkwamen, voordat ze uiteindelijk aan Nederland werden uitgeleverd. Met ontvoerder Cor van Hout bouwde De Vries in die tijd een levenslange vriendschap op. In 1987 verschijnt de bestseller De ontvoering van Alfred Heineken, waarin De Vries de ontvoering van Heineken beschrijft vanuit het perspectief van Cor van Hout.

In De ontvoering van Alfred Heineken, het allesonthullende verhaal van hoofddader Cor van Hout zet De Vries een beeld neer van de ontvoerders als een clubje lieve jongens van de gestampte pot uit de Amsterdamse Jordaan die met een ontvoering gewoon even snel geld dachten te maken. In Het gebeurde in het westen, het net verschenen boek op basis van het verhaal van ontvoerder Jan Boellaart zijn de ontvoerders van Heineken en zijn chauffeur al keiharde misdadigers, met al een hele criminele historie achter zich als ze besluiten de biermagnaat te ontvoeren.


In de bestseller die Peter R. de Vries in 1987 op basis van zijn gesprekken met Cor van Hout over de Heineken-ontvoering publiceerde, bleven de eerdere gewelddadige overvallen op verzoek van zijn vriend Cor buiten beeld. Die waren toen nog niet verjaard. Maar ook nadat de eerdere misdaden van de Heineken-ontvoerder wel waren verjaard bleef hun crimineel verleden buiten schot in de tal van geupdate versies van de bestseller van De Vries. Niets over de reeks gewelddadige overvallen op geldlopers, banken, het PTT-postkantoor aan de Amsterdamse Oosterdokskade en op een vestiging van de Makro in Duivendrecht tussen 1977 en 1982, die Cor van Hout, Willem Holleeder, Frans Meijer en Jan Boellaart pleegden voor ze Heineken en diens chauffeur Doderer in 1983 ontvoerden. Dat er bij de overvallen geen doden zijn gevallen is een wonder. Daarmee hield De Vries de mythe in stand van de ontvoerders als een stel gewone Amsterdamse jongens. Bewust gaf het met meer dan een half miljoen verkochte exemplaren het best verkochte misdaadboek van Nederland’, volgens ontvoerder Jan Boellaart, een onvolledig en rooskleurig beeld van de harde feiten.

Frans Meijer (links) en Jan Boellaard (rechts) worden in een arrestatiebus naar de rechtbank in Amsterdam gebracht voor de rechtszaak rond de ontvoering van Freddy Heineken en Ab Doderer.
Rob Bogaerts (ANEFO)

Voor Jan Boellaart is nu, 41 jaar na dato, de tijd rijp om openheid van zaken te geven. “Wat mensen daarvan vinden interesseert me niet. We zijn omschreven als toffe Amsterdamse volksjongens, maar dat waren we niet. We waren genadeloze criminelen. We hebben het zo gepland en het is gelopen zoals het is gelopen. Het ging ons louter om de poen,” vertelde hij aan de vooravond van het verschijnen van ‘Het gebeurde in het westen’, het derde boek -na Wij willen gangster en Bloedgabbers – dat George Boellaart, de broer van de Heineken-ontvoerder, schreef op basis van 1500 pagina’s aantekeningen die Jan hem in de zomer van 2013 overhandigde. Vijf ordners vol herinneringen die Jan Boellaard had opgetekend toen hij in de cel zat na de moord op een douanier in 1994. “Het kan zo naar Hollywood,” meende Jan Boellaard.

Volgens schrijver George Boellaard zijn de drie boeken die hij schreef de harde werkelijkheid. Zo was het achterlaten van twee Uzi’s op de plaats van de ontvoering van Heineken en Doderer geen tactische meesterzet zoals Cor van Hout het liet uitschijnen in het boek van De Vries, de politie zou denken met keiharde criminelen te maken hebben, maar gewoon een domme fout van ontvoerder Frans Meijer die de machinegeweten had vergeten mee te nemen. Schrijver George Boellaart noemt het relaas van zijn broer dan ook harder dan dat van Cor van Hout. “In zijn memoires doneert Jan dan ook feiten en gedragingen waar Cor van Hout er liever het zwijgen toe doet: wreedheid, patsergedrag, hoererij, platte humor, geldzucht, enzovoort.”

Uit het relaas van ontvoerder Jan Boellaart leren we dat de ontvoerde Heineken een min of meer willekeurig slachtoffer was. Op een door de ontvoerder gemaakt lijstje stonden ook de namen van de Blaricumse vastgoedbaron en miljardair Teun van Wettum, ook Brenninkmeijer (C&A), Vroom en Dreesmann (van warenhuis V&D), en Dekker topman van Philips.



Dat de ontvoering uitdraaide op de arrestatie van Willem Holleeder, Frans Meijer, Cor van Hout en hemzelf, wijt Boellaard aan vertragingstactieken van de Amsterdamse politie en de fouten die de ontvoerders maakten. Zo weigerde de politie in eerste instantie de overdracht van de geëiste 35 miljoen gulden, waarmee recherchetijd werd gewonnen. “Als ze na de eerste oproep het geld overgedragen hadden, dan hadden ze het nakijken gehad en de Epancratius (de ontvoerder hadden hun criminele verbond vernoemd naar een bodybuilder met als motto ‘Wie niet steelt of erft, zal werken tot hij sterft.’) nooit opgespoord,” meent Jan Boellaard. De door de ontvoerders aan de politie opgestuurde polaroidfoto’s waarin Heineken en Doderer een mitella met ketchupvlekken droegen bleek achteraf een foutje. Het moest de suggestie wekken dat van Heineken en zijn chauffeur een vinger was afgeknipt, maar nadat Boellaard was gearresteerd vertelde een rechercheur hem tijdens een verhoor dat de politie dacht met ‘een stelletje mietjes’ te maken te hebben: “Als jullie echte gangsters waren, laat je die afgehakte vingers op de foto zien en geen bebloede mitella, Jan.”