Op zijn jortkelder.nl is zijn cv de naamgever van de site maar een kort stukje waard. In zijn KORT OVER JORT valt slechts te lezen: “Over wie Jort is, waar hij vandaan komt, waarom hij jokt over zijn leeftijd, geen baan ambieert maar wel hoofdbutlert voor deze meneer en dit monster, opschept over zijn blauwe enveloppen en zwijgt over zijn amourettes is genoeg beweerd. De feiten. Jort Paul Wouter Kelder (Westward Ho! ’69) kwam na enige medische assistentie ter wereld als jongste zoon van een stuurman op de grote vaart, vlak voor het moment dat de Hong Kong Flu over de planeet raasde en zijn latere held Daniel Cohn-Bendit de bourgeois tartte. Hij leerde slootje springen en fikkie stoken, schreef stukjes voor de schoolkrant en studeerde rechten, waarna hij aanmonsterde bij het nog prille zakenblad Quote. De rest is geschiedenis.”
Mooie woorden, maar Jort lijkt niet al te veel geleerd te hebben van het feit dat hij drie jaargeleden in het radioprogramma Kunststof door presentatrice Jellie Brouwer ontmaskerd werd als een man die het met de waarheid op zijn cv niet zo nauw neemt. Als presentatrice Jellie Brouwer in minuut 12 tegen Jort Kelder zegt ‘je bent in 1964 in Gouda geboren en wat is dat voor geintje op de website dat je zegt ik ben in 1969 in Finland geboren bent in Rovaniemi’ antwoordt Kelder: “Rovaniemi ligt op de poolcirkel. Mijn vorig cv was ik Nova Scotia geboren. Nee, ik vind 1969 een mooiere datum dan 1964. Ik heb lang over mijn leeftijd gelogen toen ik bekend werd in de jaren negentig, tweeduizend misschien, maar op een gegeven moment hou je dat niet vol. Ik vond 69 gewoon een mooier getal en dat Gouda staat in je paspoort, maar ik heb alleen in de couveuse in Gouda gelegen. Dus om te zeggen dat ik hele warme banden met Gouda heb. Ik heb niks met Gouda, een prachtig Hollands plaatsje maar ik voel er niets mee. Ik ben ook nog een tijdje geboren geweest in Cadier en keer. Kreeg ik een Limburger op me af die zei: nou zeg dat hoor je helemaal niet.” ‘Heel kinderachtig’ zegt de presentatrice. Kelder: ‘Dat was tien jaar geleden’.
Dat laatste is overigens ook een leugentje, want op het moment van de uitzending op 20 februari 2018 vermeldt website Jort Kelder nog altijd 1969 als zijn geboortejaar en het Finse Rovaniemi als zijn geboorteplaats. En ook anno 2021 wil Kelder nog altijd niet weten dat hij op 22 september 1964 in Gouda geboren is. In zijn Jort in het Kort blijft zijn geboortejaar 1969 en is zijn geboorteplaats wederom niet Gouda, maar Westward Ho! aan de noordwestkust van het Engelse graafschap Devon en genoemd naar de uit 1855 gelijknamige roman van Charles Kingsley. Kelder viel waarschijnlijk voor zijn ‘geboorteplaats’ omdat het de enige plaatsnaam op de Britse eilanden is die een uitroepteken bevat.
Een doorgedreven grap? Niet echt, want als Jort schrijft in zijn cv dat hij in Westward Ho! geboren werd vlak voor het moment dat de Hong Kong Flu over de planeet raasde refereert Kelder aan de grieppandemie uit 1969 die naar schatting een miljoen slachtoffers heeft geëist.
Maar er is meer dan geboortejaar en geboorteplaats waar Jort Kelder een draai aangeeft, want de man van de streepjes-overhemden, bretels, maatpakken en broeken op ‘hoog water’ en zijn bekakte spraak lijkt liever niet te weten dat hij aan de adel zijn geld verdient, maar zelf niet van adel is.
Zijn imago van de rechtse bal met bretels dat iets over geld zegt is net als zijn bekakte accent dan ook aangeleerd: ‘Ik heb op een gegeven moment gedacht dat als je bekakt bent kan je twee keer zoveel verdienen laat ik dat nu eens doen. Wanneer is die R gekomen? Ik denk zo toen ik achttien, negentien jaar was toe ik ging studeren. Het rare is, mijn ouders… Mijn moeder sprak keurig. Ik heb bandopnames van mijn vader uit de jaren zestig toen sprak hij heel keurig en daarna ging hij veel in andere wereldjes werken. Nu spreekt hij helemaal niet zo netjes meer. Mensen zijn ook anders gaan praten. Ik zat in een boerendorp, Oud Beijerland, op school en dat is de combinatie van Rotterdam en zwarte kousen. De import uit Rotterdam en de Zeeuwse zwarte bible belt. Ik mag wel zeggen the worst of both worlds,“ vertelt hij op de radio.
Misschien maakt dat ook dat Jort Kelder maar zelden over zijn jeugd en ouders spreekt in interviews. Heel lang geleden, in augustus 2015 in Trouw in de rubriek De Zeven Geboden, deed hij dat wel. Als hij het vijfde gebod, Eer uw vader en uw moeder, krijgt voorgelegd zegt hij: “Mijn vader is een groot kind. Hij wil gezelschap, mensen om zich heen. Als hij naar de brievenbus loopt, moet er iemand met hem mee. Dat vind hij gezelliger. Tegelijkertijd is hij een dominante man, iemand die in de hiërarchische scheepvaartwereld is opgegroeid en gewend is dat iedereen in een uniform rondloopt; een wereld waarin bevelen worden gegeven en opgevolgd. Mijn vader behandelt het gezin nog altijd alsof hij op de brug van een schip staat. Hij geeft orders door aan de machinekamer, waar mijn moeder de zaak draaiende houdt. Mijn twee oudere broers en ik zijn matroosjes die de trossen losgooien. Cynisch? Ja, je hebt gelijk – ik ben misschien te hard voor mijn ouders, al begin ik weer wat milder te worden.”
Dan: “Het ging eigenlijk mis na één raar incident. In 1996 schreef ik, samen met mijn vriendje Yvo van Regteren Altena, het boekje Man en Pak, ‘over de noodzaak van kleren op maat, kasjmier sokken en andere uiterlijkheden’. Nou, ik weet niet of mijn vader een valselijk vermoeden heeft gehad dat ik aan de seksuele overzijde opereerde – wie schrijft er nu een boekje over mannenpakken? – maar het boekje dat ik hem, vol trots, overhandigde werd, begeleid door de opmerking ‘Waarom gaat het niet over architectuur?’, ongezien weggeflikkerd. Toen knapte er iets in mij. Mijn moeder merkte dat het pijn deed. Zij heeft geprobeerd de boel te lijmen, maar het was meer dan het uitblijven van een compliment – het stoorde mij vooral dat ik dat schouderklopje nodig had, dat ik kennelijk nog steeds afhankelijk van hem was. Dat is niet goed. Ik heb, door dat voorval, wel afstand genomen en gezien hoe het er in andere gezinnen aan toe gaat. Bij ons hoorde je zelden wat goed was. We waren niet zo intiem met elkaar. Het was een jongensgezin, een mannenhuishouden. Mijn moeder heeft zich volledig weggecijferd. Ze had geen enkel genot voor zichzelf. Ja, ze las Simone de Beauvoir om te ontdekken hoe het allemaal wél had gemoeten. Er zat een enorme frictie tussen haar geëmancipeerde denkwereld en de traditionele praktijk van alledag.”
Vijftien jaar later vertrouwt hij vriend en schrijver Ronald Giphart, die naar Terschelling het Waddeneiland waar Jort vaak met zijn ouders en twee oudere broers vakantie vierde en nu een prachtig tweede huis in de duinen heeft, afreist om Kelder voor AD te interviewen toe dat Jort Paul Walter zelfs vernoemd is naar een met zijn ouders bevriende Terschellinger. Maar ook dat is maar weer een deel van het ware verhaal.
Op de radio, in het interview met Kunststof, vertelt Kelder dat hij ook vernoemd is na de bij zijn geboorte overleden broertjes. “Aanvankelijk lagen in die couveuse in Gouda nog twee jongetjes. Dat waren mijn broertjes. Die zijn na anderhalf, twee dagen overleden. Ik kan er heel bedroefd bij kijken, ik heb het wel meegemaakt, maar ik weet er niets van. In die zin zegt het mij niets. Ik denk er wel eens over na. Nee, het is voor mijn moeder verdrietig. Er wordt nog wel over gesproken, liefdevol, maar niet veel. Het was in die tijd ook zo dat het ziekenhuis apart couveuses moesten aanschaffen. Die hadden ze niet eens. Dat heeft op mijn ouders natuurlijk wel indruk gemaakt. Ik heb het als klein kind al geweten. Ik ken hun namen: ik ben JPW (Jort Paul Walter) Paul en Walter waren de voornamen van die anderen. De mensen waren in die tijd veel meer gewend aan dit soort tegenslag. In alle eerlijkheid: het doet me niets. Ik denk wel aan mijn moeder natuurlijk. Die pijn heeft ze altijd met zich meegedragen.”
Zijn vriend Giphart mag van Jort ook best weten waarom hij vragen over zijn privéleven liever afhoudt. “Toen ik Hoe heurt het eigenlijk maakte, zag ik dat bij de adel en dat oude geld ook: laat je gevoelens niet aan de buitenwereld zien. Ik vind vragen over mijn privéleven een beetje lastig. Het heeft iets exhibitionistisch en daarbij is het lelijk om over jezelf te praten. Dat heeft ook met deze tijd te maken. Vrijwel iedereen heeft het alleen maar over ik ik ik. Al die emotionele erupties op social media en op tv… Ik wil mezelf daartegen wapenen.’’ () Daarbij heeft mijn familie er nooit om gevraagd dat ik over hen vertel. Ik ben zo’n stommeling die in interviews de waarheid spreekt, maar je kunt soms gewoon beter je kop houden.”
De man die iedere zaterdag op NPO Radio1 verantwoordelijk is voor Dr Kelder en Co, heeft overigens ook geen dokterstitel zoals de naam van zijn programma doet vermoeden.
Dit verhaal verscheen eerder op HollywoodHuizen op 3 deptember 2021