Na haar scheiding van Sander Vahle, de vader van haar twee kinderen was een ding duidelijk voor Linda de Mol: ze zou nooit meer aan een man haar jawoord geven. Maar na het huwelijk van broer John, die na een relatie van 30 jaar zijn Els recent trouwde in Parijs, is de twijfel toegeslagen. “Het huwelijk van mijn broer was wel dermate leuk, dat ik er wat anders naar ben gaan kijken.”
Linda de Mol scheidde in 2007 van regisseur Sander Vahle. Kort daarna kreeg ze een relatie met componist Jeroen Rietbergen, met wie ze in Huizen woont. Maar trouwen met Jeroen hoefde voor Linda niet. Maar de bruiloft van haar broer John in Parijs met zijn els maakte dat ze nu anders naar het huwelijk is gaan kijken en ze misschien alsnog met Jeroen in het huwelijk treedt.
Dat vertelde Linda de Mol vrijdag in ochtendshow van Frank Dane op Radio538 toen ze reageerde opde opmerking van de dj dat zij de enige in de familie is die nog niet getrouwd is. Linda: “Dat komt omdat ik dat nooit meer wilde eigenlijk. Het is nog steeds niet zo dat ik denk oh jongens, geef me weer zo’n witte jurk en een taart en de hele handel.”
Maar Linda lijkt toch te twijfelen als ze zegt: “Het huwelijk van mijn broer was wel dermate leuk, dat ik er wat anders naar ben gaan kijken, laat ik het zo zeggen […] Ik ben over dat trauma heen.’
Veertien jaar geleden, na de breuk met Sander Vahle, gaven maar weinig mensen een stuiver voor haar liefde voor Jeroen. ‘Mijn vriendinnen zeiden ook: “Dit is de troostpleister. Die heb je alleen even nodig voor je zelfvertrouwen”,’ aldus Linda in de podcast Roels Sofasessies van Roel van Velzen.
Linda’s broer John stapte afgelopen zomer in het huwelijksbootje en vertelde in De Telegraaf dat hij het een wonder had gevonden dat zijn bruiloft in Parijs geheim is gebleven. Ook De Mols vrijgezellenfeest in Maastricht ging aan iedereen voorbij. “Daar zijn we allerlei kroegen af geweest waar Jeroen dan meteen ‘Lang zal hij leven’ begon te zingen. Dus de mensen daar dachten: ‘Oh, die is jarig’, en schonken er verder geen aandacht aan. Dat ging dus ook goed. Zo zie je maar, als je heel open doet, valt iets nauwelijks op.”