Als de Oranjes gaan verbouwen lopen de kosten steevast uit de hand. Opnieuw moet er meer geld naar de uitbreiding en herinrichting van de koninklijke grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft. Een “bouwtechnische tegenvaller” doet de rekening met 350.000 oplopen. Inmiddels heeft de staat al meer dan 4 miljoen betaald voor de aanpassing van de grafkelder van de Oranjes. De familie zelf betaalde slechts 4 ton.
De koninklijke grafkelder in Delft is bijna vol. In de de grafkelder staan nu 46 kisten. De laatste bijzetting was die van prins Bernhard. Er zijn nog maar drie plekken over dus laat de familie de capaciteit aanpassen. De kosten zijn grotendeels voor de staat. De verbouwing zou in eerste instantie 2 miljoen euro kosten. Maar inmiddels zijn de kosten opgelopen tot boven de 4 miljoen euro.
Door een “bouwtechnische tegenvaller” moet er nu 350.000 euro extra worden uitgetrokken. Van dat bedrag komt 250.000 euro van het ministerie van Algemene Zaken en 100.000 euro van het Koninklijk Huis. Vorig jaar werd er vanuit de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ook al een aanvullend bedrag van 271.000 euro beschikbaar gesteld.
De werkzaamheden aan de koninklijke grafkelder begonnen vorig jaar. Al snel bleek ook al dat de operatie flink duurder uit zou pakken dan de voorziene 2 miljoen. Er moest bijna 2 miljoen euro worden bijgepast, waarmee de totale rijksbijdrage op 3,6 miljoen euro kwam. Dat zou nu uitkomen boven de 4 miljoen. De Oranjes droegen vorig jaar 300.000 euro extra bij.
Uitzonderlijk is voorts dat de Wet op de lijkbezorging niet van toepassing is op de leden van het Koninklijk Huis. Sinds 1810 mogen Nederlanders – om hygiënische redenen – niet langer in kerken worden begraven. Maar leden van het Koninklijk Huis worden niet begraven of gecremeerd, maar bijgezet in hun eigen privé grafkelder.