Beeld: RVD/Wesley de Wit
Kroonprinses Amalia wordt pas op 7 december 2021 achttien jaar, maar de ‘uitkering’ die zij vanaf dat moment krijgt is nu al met 46.000 euro verhoogd. Op jaarbasis kan Amalia vanaf dat moment ruim 1,6 miljoen euro rekenen. Daarvan is 296.000 euro, belastingvrij, inkomen. De rest van het geld, 1,3 miljoen euro, is voor haar personele en materiële uitgaven. Papa Willem-Alexander krijgt van de staat een loonsverhoging van 5% en heeft nu een belastingvrije ‘uitkering’ van 998.000 euro.
Prinses Amalia ontvangt vanaf haar verjaardag op 7 december tot eind 2021 een uitkering van in totaal 111.000 euro. Prinses Amalia krijgt dat geld als ‘vermoedelijke opvolger van de koning’ omdat ze op 7 december 2021 meerderjarig wordt. In 2022 krijgt ze volgens de huidige raming zo’n 1,5 miljoen euro.
Dat Amalia recht heeft op geld is vastgelegd in de Grondwet. De bedragen en systematiek zijn vastgesteld in de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis. Vanaf Amalia’s verjaardag zijn er dan vier leden van het Koninklijk Huis die geld krijgen van de staat. Behalve Amalia zijn dat koning Willem-Alexander, koningin Máxima en prinses Beatrix, als voormalig staatshoofd.
het maakt dat de uitgaven voor het koninklijk huis in 2021 stijgen van 44,4 miljoen naar bijna 45,7 miljoen. Het grootste deel, bijna 30,5 miljoen euro, gaat naar de koning voor zijn functionele uitgaven. De leden van het koninklijk huis ontvangen als uitkering gezamenlijk bijna 8,9 miljoen euro. Dat is ruim 3,5 ton meer dan dit jaar.
In totaal ontvangt de koning ruim 6 miljoen euro, de koningin ruim 1 miljoen en prinses Beatrix ruim 1,6 miljoen. Als persoonlijk inkomen is dat in 2021 voor koning Willem-Alexander 998.000 euro en 396.000 euro voor koningin Máxima. Vergeleken met een jaar eerder betekent dat voor Willem-Alexander een plus van 5,2 procent, ofwel 49 duizend euro. Maxima gaat er 5 procent op vooruit met een plus van 19.000 euro. Prinses Beatrix ontvangt 564.000 euro. De uitkeringen voor leden van het Koninklijk Huis zijn belastingvrij.