Er was maar een vrouw in het leven van Peter R. de Vries over wie hij bij leven in de openbaarheid sprak als zijn grote liefde: Jacqueline, de moeder van zijn kinderen Royce en Kelly. Aan de vooravond van de lancering van het nu al omstreden boek Mijn grote liefde, een leven met Peter R. de Vries van Tahmina Akefi over de zes jaar waarvan de Afghaanse zegt de vriendin van De Vries te zijn geweest kwam Jacqueline met haar eigen liefdeseerbetoon aan de misdaadverslaggever met wie zij 35 jaar gehuwd was en de man die tot de dag van zijn dood al zijn geheimen met haar deelde.
Het doek is 185x165cm en gevat in een cotenstalen lijst. “Het is Peter zoals ik hem altijd zal herinneren,” zegt Jacqueline over haar werk in olieverf, met papier op linnen. “Peter is 35 jaar mijn man geweest en de vader van onze fantastische kinderen. Het is een eerbetoon geworden waarin ik hem liefdevol heb neergezet te midden van zijn grote legacy. Begin van dit jaar groeide de behoefte om hem te schilderen. Belangrijk voor mij was dat ik hem wilde schilderen zoals ik hem herinner; liefdevol, trots en nieuwsgierig, te midden van zijn grote legacy…….. zijn grote nalatenschap.”
Op haar linkedin schrijft ze ook: “En voor mij…. voor mij was hij mijn rots in de branding en de fantastische vader van onze kinderen en mijn onmisbare soulmate. Het was voor mij een mooi en helend proces, het is Peter zoals ik hem altijd zal herinneren.”
Dat Peter R. de Vries en Jacqueline tot de dood van de misdaadverslaggever meer dan 35 jaar een onverwoestbaar paar zijn was lang verborgen. Het is midden 2017 als Peter R. de Vries bij hoge uitzondering in een vraaggesprek met het AD praat over zijn relatie met Jacqueline, de moeder van zijn twee kinderen van wie hij dan gescheiden leeft, maar niet gescheiden is .
“We hebben nooit ruzie met elkaar gehad, nu ook niet en we helpen elkaar waar we kunnen. Er is wat dat betreft niets aan de hand, we hebben geen gedoe met advocaten of zoiets. Maar we hebben er wel voor gekozen ieder onze eigen weg te gaan. Dat gebeurt soms. Zij had een ander beeld van hoe ze de komende vijftien jaar verder zou willen dan ik. Dan moet je voorkomen dat je elkaar in de weg gaat zitten en kun je elkaar beter loslaten en nog van de goede momenten profiteren. Dat doen we ook. Het gezinsleven met onze zoon en dochter is nog intact, we doen met z’n vieren leuke dingen.” () Juist doordat we elkaar nog dagelijks spreken, vaak zien, met de kinderen gaan eten of juist met z’n tweeën, zien we het vooral als winst dat we nog zo goed met elkaar omgaan. We draaien het een beetje om. We zien om ons heen huwelijken verzuren, mensen die het echt ondraaglijk slecht met elkaar hebben, maar om wat voor een reden dan ook toch bij elkaar blijven. Wij zeggen dan: ‘We hebben het goed gedaan.”’ Sterker nog: de twee mogen dan uit elkaar zijn, ze delen nog altijd hun meest intieme geheimen. “Mijn vrouw wist en weet alles. Nog steeds ja,” zegt De Vries.
De Vries zegt midden 2017 ook geen andere relatie te hebben. Dat laatste mag met terugwerkende kracht opmerkelijk heten nu Tahmina Akefi, een Afghaanse journaliste/schrijfster, beweert dat zij sinds zij De Vries op 29 september 2015 voor het eerst ontmoette in de visagieruimte van het praatprogramma Pauw tot zijn dood op 22 juli 2022 een liefdesrelatie met de misdaadverslaggever heeft gehad. Een relatie waar ex-vrouw Jacqueline alle in en outs zou hebben gekend getuige Peters “Mijn vrouw wist en weet alles”.
Dat van de hand van Tahmina Akefi op 30 november het boek Mijn grote liefde, mijn leven met Peter R. de Vries verschijnt met allerlei intieme details over de jaren dat Tahmina met de misdaadverslaggever omging , zal Jacqueline waarschijnlijk veel pijn doen. Juist omdat zij wist hoeveel moeite haar Peter heel zijn werkzaam leven deed om zijn privéleven buiten de publiciteit te houden.
Tahmina kondigt aan in haar boek haar leven met Peter te beschrijven aan de hand van de brieven die hij haar schreef. “De liefde van Peter en mij. Zes prachtige en intense jaren laten zich misschien het beste beschrijven aan de hand van de vele brieven die hij me schreef.” Het moet voor Jacqueline een gruwel zijn, maar de kans dat zij reageert op de komende, intieme, ontboezemingen van Tahmina in haar boek over Peter lijkt nihil.
Na het interview dat Tahmina bijna daags na de dood van De Vries aan De Volkskrant gaf reageerde Jaqueline niet. Net zo min als zij dat een half jaar later deed op de documentaire ‘Vertrouwelijk’, waarin Tahmina op tv een uur lang uit de doeken deed waarom Peter haar ‘mijn grote liefde’ zou hebben genoemd. Het enige wat Jacqueline zei was: “Ik houd alles wat voor mij privé is in mijn hart.”
Vanuit haar hart schilderde zij dan ook haar Peter en hoe zij hem herinnert. Een liefdesbetoon waar Peter ongetwijfeld trots op zou zijn geweest. Of hij ook trots zal zijn op het 30 november verschijnende boek van Tamitha wordt door Kees van der Spek, een van de beste vrienden van de misdaadverslaggever en de man die als eerste het schilderij dat Jaqueline maakte mocht zien, valt te betwijfelen. Volgens Kees van der Spek heeft Tamitha na de dood van de misdaadverslaggever hun relatie een stuk groter gemaakt dan die was. “Ik heb Peter ook eigenlijk nooit over haar gehoord, moet ik eerlijk zeggen. Ik begreep ook dat het vaak aan en weer uit was, dat het geen constante relatie was. Dus ik denk dat ze het nu postuum heel groot maakt. Ik vind het niet altijd heel fris wat daar gebeurt.”
Het schilderij dat Jacqueline van haar Peter maakte en schonk aan haar kinderen Royce en Kelly blijft in de familie, maar gaat ‘in bruikleen’ naar het museum Beeld en Geluid, naast het Mediapark in Hilversum. “Een prachtige plek waar iedereen het kan zien. Ik heb het met veel liefde gemaakt voor onze fantastische kinderen Kelly en Royce. Het was voor mij een mooi en helend proces, het is Peter zoals ik hem altijd zal herinneren,” zegt Jacqueline. Zoon Royce deelde het schilderij van zijn moeder op zijn sociale media en schreef. “Vandaag heeft mijn moeder dit schilderij van mijn vader onthuld. Ze heeft hem op een prachtige manier neergezet, echt zoals wij hem kennen. Trots!”